Hondenvoer test & vergelijking

• Belangrijke feiten
• Net als bij mensen is een evenwichtige voeding een voorwaarde voor een lang en gezond leven bij honden.
• Afhankelijk van zijn leeftijd, gewicht en eventuele allergieën heeft een hond verschillende voedingsstoffen in verschillende hoeveelheden nodig.
• Welke soort voeding de juiste is, hangt vooral af van de individuele behoeften en voorkeuren van hondenbezitter en hond.
• Belangrijker dan het soort voedsel zijn de ingrediënten en hun samenstelling.

Het juiste voer voor elke hond

De hond staat bekend als de beste vriend van de mens en is na de kat het populairste huisdier. Om ervoor te zorgen dat hij zich goed voelt en zo lang mogelijk gezond en fit blijft, is het juiste hondenvoer nodig. Want niet elk voer is voor elke hond even geschikt. Leeftijd, ras, activiteitsniveau, allergieën en gewicht van de hond hebben allemaal invloed op welke voedingsstoffen hij nodig heeft en hoeveel hij kan verdragen. En hoewel honden vaak als vraatzuchtig worden beschouwd, zijn er ook honden die erg kieskeurig zijn over hun eten en niet alles eten wat hun baasjes of bazinnetjes in hun bakje stoppen. Hondenbezitters hebben de grote taak om het juiste voer voor hun huisdier te kiezen uit de enorme keuze die de markt nu biedt.

In onze vergelijking van het beste hondenvoer presenteren we de meest voorkomende soorten voer met hun voor- en nadelen. We leggen ook uit waar je vooral op moet letten bij het kiezen van voer en wat de populairste merken hondenvoer zijn. In onze adviesrubriek kun je vinden hoeveel voer je je hond moet geven en waar je op moet letten als je het voer van je hond verandert.

Welk soort voedsel is het juiste?

Net als bij katten is er droogvoer en natvoer voor honden. Beide soorten voedsel hebben hun voor- en nadelen. Er zijn ook subcategorieën, zoals biologisch hondenvoer en graanvrij hondenvoer, die zowel als droogvoer als natvoer verkrijgbaar zijn. Als alternatief kiezen eigenaren voor het BARF-dieet voor hun hond. Wat BARF betekent en wat elk type voedsel onderscheidt, wordt hieronder uitgelegd.

Droogvoer: handig en lang houdbaar

Droogvoer is nog steeds erg populair. Het wordt gekenmerkt door zijn lage watergehalte van drie tot twaalf procent en heeft meestal de vorm van kleine korrels. Afhankelijk van hoe het wordt gemaakt, kan droogvoer worden verdeeld in twee categorieën: koudgeperst en geëxtrudeerd droogvoer. Voor de productie van koudgeperst hondenvoer worden de ingrediënten eerst gedroogd of gemalen en vervolgens gemengd. Daarna worden ze onder grote druk in vorm geperst. Bij het extrusieproces daarentegen worden de ingrediënten vermalen, met water gemengd tot een pasta en verhit tot 100 à 120 °C voordat ze worden geperst. Door het langere en complexere productieproces is koudgeperst droogvoer meestal duurder dan geëxtrudeerd.

Is koudgeperst of geëxtrudeerd droogvoer beter?

Er is geen algemeen antwoord op deze vraag. Het is waar dat de productie van koudgeperst voer zachter is door het ontbreken van verhitting, wat als voordeel heeft dat de vitamines die van nature in de ingrediënten zitten meestal behouden blijven. De hitte tijdens de extrusie veroorzaakt echter een hogere afbraakgraad van de ingrediënten. Daardoor kan de hond ingeperkte groenten en granen meestal beter verteren. Bovendien maakt extrusie het droogvoer langer houdbaar.

Ongeacht hoe het geproduceerd wordt, heeft droogvoer het voordeel ten opzichte van natvoer dat het langer houdbaar is door het lage watergehalte. Het is ook gemakkelijker te bewaren omdat het niet gekoeld hoeft te worden. Dankzij de vorm is het gemakkelijker te doseren en niet zo rommelig. Als er een paar pellets gemorst worden bij het vullen van de bak of tijdens het eten, vegen hondenbezitters die gewoon op. Ze maken de kom net zo gemakkelijk schoon door hem regelmatig af te spoelen met water. Nog een voordeel voor hondenbezitters: gedroogd hondenvoer veroorzaakt minder afval dan natvoer, omdat grotere hoeveelheden in zakken verpakt kunnen worden. Droogvoer is ook minder stinkend dan natvoer.

Opslagtip

Bewaar droogvoer in een luchtdicht bakje, zodat het zijn aroma’s en knapperige textuur niet verliest.

Droogvoer is ook overvloediger aanwezig dan natvoer. De korrels zwellen op in de maag van de hond, zodat de hond vol raakt van een kleinere hoeveelheid. Dit betekent dat droogvoer vaak goedkoper is.

De vele voordelen van droogvoer treffen echter vooral de hondenbezitter. Terwijl de nadelen ervan vooral de hond treffen. Droogvoer heeft vaak een laag vleesgehalte. In plaats daarvan gebruiken fabrikanten vaak een hoog aandeel graan als goedkoop vulmiddel. Zo bevat droogvoer soms wel 60% koolhydraten, wat te veel is voor een evenwichtige en gezonde voeding. In ruil daarvoor mist de hond water, dat hij met het voer zou opnemen als hij nat gevoerd zou worden. Als je je hond gedroogd hondenvoer geeft, moet je ervoor zorgen dat hij voldoende water binnenkrijgt, vooral op warme dagen, zodat hij niet uitgedroogd raakt. Ook moet worden opgemerkt dat de geperste pellets moeilijker te verteren zijn, en dat droogvoer met zijn vele toevoegingen gemakkelijker intoleranties en allergieën kan uitlokken. Toch moet je droogvoer in het algemeen niet demoniseren, want er zijn ook veel hoogwaardige en gezonde producten verkrijgbaar.

Natvoer: vers en sappig

Typisch natvoer is verpakt in blik. In tegenstelling tot droogvoer heeft natvoer een vochtgehalte tot 60% en bevat het minder calorieën. Daarmee krijgt de hond een groot deel van de vloeistof die hij nodig heeft direct met het voer binnen. Bovendien heeft het hoge watergehalte het voordeel dat honden natvoer gemakkelijker kunnen doorslikken en verteren dan droogvoer. Bovendien bevat natvoer vaak meer vlees, wat meer overeenkomt met het natuurlijke dieet van een hond.

Terwijl de voordelen van natvoer vooral de hond ten goede komen, treffen de nadelen ervan vooral de eigenaar. Met zijn papperige of pasta-achtige consistentie is natvoer moeilijker te doseren en te portioneren dan de pellets van droogvoer. Door het hoge vloeistofgehalte is natvoer veel korter houdbaar dan droogvoer. Een geopend blik moet je maximaal twee tot drie dagen in de koelkast bewaren, goed afgesloten, bijvoorbeeld in een luchtdichte verpakking. Het voedsel mag niet langer dan een paar uur open in de kom op kamertemperatuur blijven liggen. Hoewel kleine blikken vaak bedoeld zijn voor precies één of twee maaltijden, zodat ze snel op zijn, zijn grotere blikken met meer inhoud, die de voedselbehoefte over meerdere dagen dekken, meestal goedkoper. Bovendien storen veel hondeneigenaren zich aan de vaak intense geur van natvoer.

Opslagtip

Ongeopende blikken natvoer kun je het beste op een droge plaats in een kelder, voorraadkast of kast bewaren. Stel de blikken niet bloot aan direct zonlicht.

Vooral goedkoop natvoer bevat naast vlees vaak, net als droogvoer, veel toevoegingen zoals granen, die de hond niet goed kan verteren en die in het ergste geval tot intoleranties en allergieën kunnen leiden. Bovendien voegen veel fabrikanten van natvoer suiker toe om hun voer langer houdbaar te maken. Maar dit is net zo ongezond voor honden als voor ons mensen. Kopers van goedkoop hondenvoer moeten ook vaak concessies doen aan de kwaliteit van het vlees. In sommige gevallen is het vlees slachtafval van lage kwaliteit. Hoogwaardig natvoer met een hoog vleesgehalte en biologisch hondenvoer zijn meestal duurder.

Speciaal droog- en natvoer

Zowel droog- als natvoer is verkrijgbaar in speciale varianten. De meest voorkomende en hun speciale kenmerken worden hieronder kort gepresenteerd.

Biologisch hondenvoer

Biologisch hondenvoer is voer dat ingrediënten van hoge kwaliteitgebruikt , zoals vlees van op de soort afgestemde landbouw. Biologisch hondenvoer bevat meestal zeer weinig tot geen pesticiden of genetisch gemodificeerde basisingrediënten en additieven. Het wordt ook op duurzame wijze geproduceerd, verpakt en vervoerd. Biologisch hondenvoer is dus niet alleen beter voor de hond, maar ook voor het milieu. Maar wat voor voedsel voor ons mensen geldt, geldt ook voor hondenvoer: niet al het biologische voedsel is hetzelfde. Er zijn verschillende zegels met verschillende eisen aan de ingrediënten die erin zitten. Vergeleken met conventioneel hondenvoer is biologisch hondenvoer meestal aanzienlijk duurder.

Graanvrij hondenvoer

De meningen lopen uiteen over de vraag of hondenvoer graan moet bevatten. Maar één ding is duidelijk: in tegenstelling tot katten kunnen honden graan verteren. Het levert zelfs gezonde en waardevolle eiwitten, mineralen en vitaminen. Steeds meer honden lijden echter aan intoleranties of zelfs allergieën voor granen of de plantaardige eiwitten die ze bevatten. Als je hond erg gevoelig is voor allergieën of intoleranties, of als er al een diagnose van is gesteld of als je vermoedt dat je hond een graanintolerantie of -allergie heeft, is het raadzaam om zijn dieet te veranderen in graanvrij voer.

Hondenvoer voor verschillende levensfasen

Veel fabrikanten bieden hondenvoer aan dat voor een specifieke levensfase is ontworpen.

De leeftijd waarop een hond een nieuwe levensfase bereikt, hangt vooral af van zijn grootte of gewicht en is rasafhankelijk. De volgende tabel geeft een algemene richtlijn voor de leeftijd van een hond en de levensfase waarin hij zich bevindt. Voor pups is het gewicht niet het huidige gewicht, maar het gewicht dat ze naar verwachting zullen bereiken als ze volgroeid zijn.

Gewicht (volwassene)	Leeftijdsgroep puppy	Leeftijdsgroep volwassene	Leeftijdsgroep senior
Tot 5 kg	Tot 8 maanden	8 maanden tot 10 jaar	10 jaar en ouder
5 tot 10 kg	Tot 10 maanden	10 maanden tot 9 jaar	9 jaar en ouder
11 tot 25 kg	Tot 12 maanden	1 tot 7 jaar	7 jaar en ouder
26 tot 40 kg	Tot 15 maanden	15 maanden tot 6 jaar	6 jaar en ouder
Tot 40 kg	Tot 20 maanden	20 maanden tot 5 jaar	5 jaar en ouder

BARF als alternatief voor industrieel geproduceerd voedsel

Droogvoer en natvoer zijn industrieel geproduceerde hondenvoeders. Een alternatief hiervoor is BARF, wat staat voor “Biologically Appropriate Raw Food”. BARF komt heel dicht bij het natuurlijke dieet van de wolf waarvan de hond afstamt, en daarom wordt het door veel hondeneigenaren als bijzonder soorteigen beschouwd. BARF is echter zeer veeleisend en tijdrovend voor de hondeneigenaar. In tegenstelling tot wat veel mensen misschien denken, is rauw vlees niet het enige dat in de bak van een hond gaat. Een evenwichtige voeding voor de hond moet voor maximaal 80% uit vlees bestaan. Bovendien heeft het plantaardige bestanddelen nodig, zoals fruit en groenten.

Hondeneigenaren die het BARF-dieet willen proberen, kunnen het beste samenwerken met een deskundige om een dieetplan op te stellen dat precies is afgestemd op de behoeften van hun hond. Zo lopen ze niet het risico dat hun hond voedingsstoffen of belangrijke vitaminen of mineralen mist, of juist te veel van iets binnenkrijgt. Voor hondeneigenaren die het eten van hun hond niet zelf willen bereiden, maar toch het BARF-dieet willen gebruiken, bieden sommige fabrikanten kant-en-klare diepvriesmaaltijden aan.

Vegetarische en veganistische diëten voor honden?

Een hond een vegetarisch of zelfs veganistisch dieet geven, dus zonder dierlijke ingrediënten – is dat wel mogelijk? En is het geschikt voor de soort? De tweede vraag is discutabel, omdat eerst gedefinieerd zou moeten worden wat soorteigen is met betrekking tot de hond. Maar in principe is het mogelijk om een hond een uitsluitend vegetarisch of veganistisch dieet te geven en sommige fabrikanten hebben nu vegetarisch of veganistisch hondenvoer in hun assortiment. Want in tegenstelling tot katten, waarvan de stofwisseling is afgestemd op vlees, zijn honden, net als wij mensen, omnivoren. Het is alleen belangrijk dat het aangeboden voer alles bevat wat het lichaam van de hond nodig heeft. Wie zijn hond een vegetarisch of veganistisch dieet wil geven, moet daarom advies vragen aan een deskundige, bijvoorbeeld een dierenarts die gespecialiseerd is in dit dieet, en precies uitzoeken wat de verschillende vegetarische en veganistische voeders die op de markt verkrijgbaar zijn, bevatten.

Hoe het juiste hondenvoer te kiezen

Het maakt niet uit of het droog- of natvoer is en welke speciale vorm ervan, er is altijd beter en slechter voer. Belangrijker dan het soort hondenvoer zijn de ingrediënten en hun samenstelling. Idealiter vermelden fabrikanten deze volledig, correct, duidelijk en begrijpelijk op de verpakking. Omdat veel informatie meestal veel onnodige of zelfs ongezonde toevoegingen betekent, moet de ingrediëntenlijst zo kort mogelijk zijn. Welke ingrediënten een goed hondenvoer in welke dosering bevat, wordt hieronder nader uitgelegd.

Welke basisvoedingsstoffen heeft een hond nodig?

De voedingsstoffen die een hond nodig heeft voor een gezonde en evenwichtige voeding zijn verdeeld in zes categorieën:

• Eiwitten
• Vetten
• Koolhydraten
• Water
• Mineralen
• Vitaminen

De hond haalt energie uit eiwitten, vetten en koolhydraten, die zijn lichaam nodig heeft voor stofwisselingsprocessen. Net als bij mensen geldt voor honden: meer energie dan nodig betekent gewichtstoename, minder betekent gewichtsverlies. Water is ook belangrijk voor stofwisselingsprocessen en dient ook als oplosmiddel voor bijvoorbeeld vitaminen en mineralen. In tegenstelling tot de reeds genoemde voedingsstoffen is het niet mogelijk om voldoende water uit voedsel te halen, dus moet je je hond naast voedsel altijd voorzien van vers water. Bij vitaminen en mineralen is de juiste dosering bijzonder belangrijk, want zowel een tekort als een overdosis zijn schadelijk voor de gezondheid van de hond.

Hoe goed verteert de hond het voer?

Als je hond heel vaak of in grote hoeveelheden poept, wijst dit er vaak op dat hij zijn voedsel niet goed verteert. Een reden hiervoor kan bijvoorbeeld een intolerantie voor granen zijn, en een andere kan slechte kwaliteit hondenvoer zijn dat veel moeilijk verteerbare bestanddelen bevat.

Eiwitten, vetten, koolhydraten en vleesgehalte

De aanvoer van voldoende hoogwaardige eiwitten is bijzonder belangrijk voor de gezondheid van een hond. Een gebrek aan eiwitten kan leiden tot bloedarmoede, vermagering en een broze, doffe vacht. Als de hond nog in de groei is, kan te weinig eiwit de groeisnelheid verminderen. Het eiwitgehalte mag echter op de lange termijn niet te hoog zijn, want een teveel aan eiwit kan op de lange termijn nier- en leverschade veroorzaken. Het aandeel ruw eiwit moet tussen de 20 en 26%liggen.

Insecten als alternatieve eiwitbron

Honden kunnen niet alleen allergieën en intoleranties ontwikkelen voor plantaardige eiwitten, zoals die in granen, maar ook voor dierlijke eiwitten. Insecten zijn een zelden gebruikt eiwit, maar vormen een uitstekende basis voor hypoallergeen voedsel.

Door hun korte darmen kunnen honden plantaardig eiwit meestal wat slechter opnemen dan dierlijk eiwit. Daarom wordt hondenvoer met een hoog vleesgehalte aanbevolen. Er moet minstens 25% vlees in zitten – idealiter 70%. Toch is niet alleen het vleesgehalte belangrijk, maar ook de kwaliteit van het vlees. Hoe meer mager vlees van hoge kwaliteit erin zit, hoe beter. Ook orgaanvlees zoals longen of nieren mag niet ontbreken, want die leveren belangrijke voedingsstoffen zoals vitamine B12 of ijzer. Het is beter om zonder verdere informatie weg te blijven van voedsel dat dierlijke bijproducten bevat. Het kan gaan om slachtafval van lage kwaliteit, zoals hoorns, hoeven, bont en veren, die voor honden moeilijk te verteren zijn.

Naast eiwit hebben honden vet nodig als energiebron voor een goed functionerend metabolisme en voor de opname van in vet oplosbare vitaminen zoals vitamine A en K. Een goed hondenvoer bevat 6 tot 17% ruw vet. Naast verzadigde vetzuren, die vooral in dierlijk voedsel voorkomen, is het belangrijk dat de hond ook de essentiële vetzuren omega-3 en omega-6 in voldoende hoeveelheden binnenkrijgt. Deze zitten bijvoorbeeld in plantaardige oliën zoals koolzaadolie of vette zeevis zoals zalm, makreel of haring.

Ook koolhydraten, bijvoorbeeld in de vorm van granen, aardappelen, fruit of groenten, dienen als energieleveranciers. Voor een gezonde hond zonder allergieën of intoleranties is een combinatie van eiwitten, vetten en koolhydraten optimaal als energiebron. Hoewel vlees altijd het grootste deel van het eten moet uitmaken. Net als bij onze eigen voeding is het voor honden belangrijk onderscheid te maken tussen “goede” koolhydraten (polysachariden of meervoudige suikers) en slechte (monosachariden of enkelvoudige suikers en disachariden of tweevoudige suikers) en deze laatste zo mogelijk te vermijden. Meervoudige suikers zitten bijvoorbeeld in aardappelen en volkoren rijst of volkoren pasta.

Wat betekenen ruwe as en ruwe celstof?

Het ruwe asgehalte geeft aan hoeveel mineralen het hondenvoer bevat. Als het ruwe asgehalte echter te hoog is, wijst dit erop dat het voedsel veel moeilijk verteerbare botten bevat of eiwitten uit veren of hoorns. Het mag niet hoger zijn dan tien procent. Ruwe celstof is een onverteerbaar plantenbestanddeel dat de consistentie van de ontlasting regelt. Een goed voer bevat 2 tot 3,5% ruwe celstof.

Vitaminen en mineralen

Idealiter zitten alle voor de hond noodzakelijke vitaminen en mineralen in natuurlijke vorm in de ingrediënten van het hondenvoer. Vooral bij geëxtrudeerd droog hondenvoer worden deze echter grotendeels vernietigd door de hitte in het productieproces. Fabrikanten lossen dit probleem op door de juiste vitamines en mineralen in synthetische vorm aan hun voedsel toe te voegen. Ze vermelden ze op de voedselverpakking onder additieven.

Welke vitaminen heeft de hond nodig?

Je hoeft je hond normaal gesproken geen vitamine C en K te voeren, omdat gezonde honden deze zelf kunnen aanmaken. Dit is niet het geval met de volgende vitamines:

Welke mineralen levert een goed hondenvoer?

Mineralen kunnen worden verdeeld in twee groepen: bulkelementen en sporenelementen. De bulkelementen die een hond nodig heeft zijn onder andere:

Bulk elementen	Afkorting	Functies	Bronnen
Calcium	Ca	Bot- en tandvorming, bloedstolling, zenuw- en hartfunctie	Botten, eierschalen
Fosfor	Ph	Groei, bot- en tandvorming	Vlees, zuivelproducten, eieren
Kalium	K	Hartfunctie, spiercontractie	Melk, vlees, fruit
Natrium	Na	Zuur-base homeostase, groeibevordering	Vis, zout, granen
Magnesium	Mg	Energieproductie, eiwitsynthese	Botten, granen
Chloride	Cl	Maagzuurvorming	Vis, zout, granen

De dosering waarin honden de verschillende bulkelementen nodig hebben hangt onder andere af van hun leeftijd, ras en gezondheidstoestand. Zo is een evenwichtige toevoer van calcium en fosfor heel belangrijk voor pups om een gezond skelet te ontwikkelen.

Sporenelementen zijn slechts in zeer kleine hoeveelheden nodig, maar toch spelen ze een belangrijke rol omdat ze betrokken zijn bij veel stofwisselingsfuncties. De belangrijkste sporenelementen voor honden zijn ijzer, jodium, koper, selenium en zink. Ze komen vooral voor in dierlijke producten. Een goed hondenvoer mag nooit een te hoog gehalte aan sporenelementen hebben, omdat veel daarvan in hoge gehaltes een toxisch effect kunnen hebben.

Tips voor voeding

In onze adviesrubriek beantwoorden we enkele van de belangrijkste vragen over het geven van de juiste voeding aan een hond. We leggen onder andere uit hoe je de juiste hoeveelheid voer voor je hond kunt bepalen en hoe je voedselintoleranties en allergieën kunt herkennen.

Hoeveel voer heeft mijn hond nodig?

Hoeveel voer een hond nodig heeft hangt vooral af van zijn leeftijd, gewicht en activiteitsniveau, naast de energie-inhoud van het voer. Bovendien moet je natuurlijk bijvoedingen zoals traktaties aftrekken van de hoofdmaaltijden om te voorkomen dat je hond te veel aankomt.

Voor een volwassen, gemiddeld actieve hond raden deskundigen aan om dagelijks tussen de twee en vier procent van zijn lichaamsgewicht te voeren als ruwe richtlijn. De hond heeft vanwege het watergehalte ongeveer twee keer zoveel natvoer nodig als droogvoer. Voor een middelgrote hond van 15 kilogram zou dit 300 gram droogvoer en 600 gram natvoer zijn. Puppy’s groeien en hebben dienovereenkomstig meer voedsel nodig. Hierbij ga je niet uit van het huidige gewicht, maar van het gewicht dat de pup naar verwachting zal bereiken als hij volgroeid is. Voor oudere honden moet je de hoeveelheid voer aanpassen aan het vaak afnemende activiteitsniveau en dienovereenkomstig verminderen om gewichtstoename te voorkomen.

Het meten van de hoeveelheid voedsel

De gemakkelijkste manier om de hoeveelheid voedsel te meten die je nodig hebt, is het gebruik van een normale keukenweegschaal. Als je geen weegschaal bij de hand hebt, kun je bijvoorbeeld speciale maatbekers gebruiken, die veel fabrikanten van hondenvoer meestal gratis bij hun producten aanbieden.

Hoe moet ik mijn hond voeren?

De meeste volwassen honden doen het goed met één tot twee porties voer per dag. Puppy’s daarentegen kunnen door hun kleine maag geen grote hoeveelheden voedsel eten en hebben meerdere kleinere porties per dag nodig. Tot de leeftijd van vier maanden raden deskundigen aan het dagelijkse voedselrantsoen van de pup te verdelen in vier kleine maaltijden. Vanaf de leeftijd van vier maanden kun je de voedingsfrequentie terugbrengen tot drie keer per dag, vanaf de leeftijd van ongeveer een half jaar tot twee keer per dag en vanaf een jaar eventueel tot één keer per dag.

Belangrijk: rust na de maaltijd

Na de hoofdmaaltijden moet je hond ongeveer een uur rusten en niet gaan wandelen of spelen. Vooral bij grote honden is er anders een groot risico op een pijnlijke en gevaarlijke gedraaide maag.

Hoe herken ik een voedselallergie?

Intolerantiereacties of voedselallergieën treden niet alleen op kort na een verandering van voer, maar ook en vooral als een hond al lange tijd een voer eet. De volgende tekenen en gedragingen van je hond kunnen wijzen op een voedselintolerantie of allergie:

• Veelvuldig krabben, vooral in de buurt van het hoofd en de oren
• Gezwollen ogen
• Geïrriteerde of ontstoken huid
• Diarree
• Braken

Uiteraard hoeven deze symptomen niet per se verband te houden met de voeding van de hond, maar kunnen ze net zo goed een neveneffect zijn van verschillende ziekten. Daarom moet je, voordat je met het voer gaat experimenteren, een dierenarts raadplegen en om advies vragen. Als de dierenarts een voedselintolerantie of zelfs een allergie vermoedt, zal hij of zij normaal gesproken samen met jou een plan opstellen voor een eliminatiedieet om het allergeen te vinden en het in de toekomst te vermijden.

Waar moet ik rekening mee houden bij het veranderen van de voeding?

Als je ontdekt dat je hond een intolerantie of allergie heeft voor een van de ingrediënten in zijn huidige voer, zul je op zoek moeten gaan naar nieuw voer. Je moet het voer ook veranderen als je hond een nieuwe levensfase ingaat, bijvoorbeeld als hij uit de puppytijd komt. Het belangrijkste bij het veranderen van voeding is om het langzaam en voorzichtig te doen. Een abrupte verandering van voer kan ertoe leiden dat de hond het voer weigert. Ook leidt een plotselinge verandering van voer vaak tot diarree of braken, omdat het spijsverteringskanaal van de hond gewend is aan de oude maaltijden. Om het dier niet te overbelasten, wordt aanbevolen het nieuwe hondenvoer langzaam te mengen met het oude en het aandeel van het nieuwe voer geleidelijk op te voeren over een periode van ongeveer tien dagen. Bij een gevoelige hond moet de gewenningsfase nog langer duren. Zelfs als je alles goed doet en de hond het nieuwe voer goed verdraagt, kunnen er tijdens de overgangsfase veranderingen optreden in de ontlastingsstructuren of de frequentie van de ontlasting.

Populaire merken hondenvoer

Talloze fabrikanten maken reclame voor hondenvoer in de meest uiteenlopende smaken om de gunst van meesters en meesteressen te winnen. Om je wegwijs te maken, volgen hier enkele van de populairste merken hondenvoer en hun kenmerken.

---

Afbeeldingen 1-17: © FinalCheck