Fietsverlichting Aankoopadvies: zo kies je het juiste product

  • Belangrijke feiten
  • Volledige fietsverlichting verbetert de zichtbaarheid en vergroot je eigen zichtbaarheid.
  • Een dynamo levert betrouwbare stroom, maar is niet op alle fietsen bruikbaar.
  • Batterijlampen kunnen flexibel worden gebruikt, maar moeten regelmatig worden opgeladen.
  • LED-lampjes zijn standaard in moderne fietsverlichting.

Goed verlicht is veilig op de weg

Zichtbaar zijn in het wegverkeer speelt niet alleen in het donkere seizoen een belangrijke rol. Functionerende fietsverlichting is het hele jaar door relevant en is ook wettelijk verplicht. Een goede verlichting is essentieel voor iedereen die zijn fiets in het donker wil gebruiken. Het beschermt tegen ongelukken, die ernstig kunnen zijn, omdat de verlichting zowel je eigen zichtbaarheid als het zicht voor andere weggebruikers verbetert. Zo draagt het bij aan een veilige en ontspannen rit.

Licht aan – de soorten fietsverlichting

Fietsers hebben de keuze tussen twee soorten stroomvoorziening: enerzijds stroomopwekking door een dynamo en anderzijds energievoorziening door batterijen of oplaadbare accu’s.

Door een dynamo aangedreven licht: Ideaal voor forenzen en veelrijders

Tot een paar jaar geleden was een dynamisch werkend lichtsysteem dat permanent op de fiets was gemonteerd verplicht. Bijna alle stads- en trekkingfietsen hebben nog zulke verlichting. Maar de klassieke zijwieldynamo, die tijdens het rijden een stil gejank en merkbare wrijving produceert, heeft zijn langste tijd gehad. De naafdynamo heeft zijn plaats ingenomen en vervangt de conventionele naaf van het voorwiel. Hij heeft een aanzienlijk hoger rendement dan het zijrotormodel, veroorzaakt merkbaar minder wrijvingsweerstand en loopt soepel, zelfs in natte en besneeuwde omstandigheden. Een LED-lamp in combinatie met een naafdynamo garandeert zowel een goede zichtbaarheid als zichtbaarheid in het wegverkeer.

Het nadeel van de vaste verlichting met dynamo is het kabelsysteem. Het loopt langs het fietsframe en is opbepaalde plaatsen gevoelig voor beschadiging. Deze beschadiging leidt gemakkelijk tot losse contacten. Ook de contactpunten, stekkerverbindingen, soldeerverbindingen en andere verbindingspunten zijn gevoelig voor fouten. Als de fiets permanent buiten staat, kan een dynamo aangedreven lichtsysteem veel onderhoud vergen. Het zoeken naar de oorzaak valt dan meestal in de ochtend of avond, wat extra zenuwen kost.

Voordelen
  • Verlichting altijd bij je
  • Onafhankelijk van andere energiebronnen
  • Diefstalbestendig
Nadelen
  • Kostbare reparatie in geval van defect
  • Kabels gevoelig voor schade
  • Wrijvingsweerstand

Batterij- en accuverlichting: Flexibel in gebruik

Een dynamosysteem is niet voor elke fiets bruikbaar. Voor sportieve fietsen zoals mountainbikes en racefietsen zijn lichtsystemen op batterijen en accu’s zonder kabels de betere oplossing. De nieuwe standaard zijn heldere LED’s. Moderne LED systemen hebben een permanent geïnstalleerde lithium-ion batterij die via USB wordt opgeladen. Gebruikers moeten zelf zorgen voor de oplaadstatus van de verlichting. In tegenstelling tot het dynamosysteem zijn batterij- en accuverlichting dus niet altijd klaar voor gebruik. Fietsers die het opladen hebben gemist, staan dan in het donker en moeten duwen.

Oplaadbare lampjes en batterijlampjes worden met een beugel aan het stuur, de zadelpen of het frame bevestigd. Gangbare bevestigingssystemen zijn elastische spanbanden, schroefbeugels of scharniersystemen met roosterklemmen. Na de rit wordt het licht weer uitgedaan en is dus maar korte tijd aan het weer blootgesteld. De praktische houders zijn echter het grootste zwakke punt van mobiele armaturen. Ze moeten de verlichting stevig op zijn plaats houden, ook bij trillingen. Veel beugels falen in dit aspect, zodat de lamp tijdens het rijden wiebelt en in het ergste geval eraf valt. Met afneembare lampen moeten gebruikers ook altijd diefstal voorkomen. Als je je fiets op drukke plaatsen parkeert zonder je verlichting af te doen, ben je ze snel weer kwijt. Veel fietsers vergeten thuis de oplaadbare batterij of batterijverlichting, ook al dreigt een terugreis in het donker. De weg naar huis moet dan te voet worden afgelegd.

Voordelen
  • Achteraf in te bouwen
  • Laag gewicht
  • Goede waarde
Nadelen
  • Regelmatig opladen vereist
  • Gevoelig voor trillingen
  • Niet diefstalbestendig

Dit is waar je op moet letten bij het kopen van fietsverlichting

Hoe beter een fietser zichtbaar is in het verkeer, hoe beter hij wordt waargenomen door andere weggebruikers. Complete en functionele fietsverlichting is daarvoor essentieel.

Keuze van de lichtbron

In principe kun je kiezen tussen gloeilampen, halogeen en LED’s. Als je maximale zichtbaarheid wilt, kun je niet zonder een LED-lampje. LED’s presteren in alle opzichten beter dan de andere lichtbronnen. Gloeilampen zijn ook volledig achterhaald. LED’s schijnen niet alleen veel helderder, maar zijn ook vele malen duurzamer. Terwijl hun werkingsduur tot 100.000 uur kan bedragen, gaan conventionele halogeenlampen slechts ongeveer 3.000 uur mee. De werkelijke brandduur hangt echter af van het individuele gebruik. Een ander voordeel van LED’s is hun lage energieverbruik. In vergelijking met halogeenlampen is het daarom minder vaak nodig om de batterijen te vervangen of de oplaadbare batterij op te laden.

Heb je thuis oude lampen en weet je niet waar je ze moet laten? Hier vertellen we je hoe je ze goed kunt weggooien.

Helderheid en lichtbeeld

Helderheid is het belangrijkste criterium bij de aanschaf van een fietslamp. Doorslaggevend is hier het lichtbeeld dat een lamp produceert. De lichtkegel moet de weg zodanig verlichten dat rijden met vooruitziende blik mogelijk is. Fabrikanten geven de eenheden lux of lumen op voor de helderheid van hun fietslampen. Voor beide geldt: hoe hoger de waarde, hoe beter. Maar wat betekenen lux en lumen precies?

Lux is de meest voorkomende specificatie van de fabrikant voor de kwaliteit van de verlichting. De waarde drukt de lichtintensiteit uit, d.w.z. hoeveel licht een te verlichten oppervlak bereikt. Omdat de lichtsterkte wordt gemeten in het midden van een lichtkegel – dus op het helderste punt – zegt de eenheid lux niets over de grootte van het verlichte gebied. Een laserpointer bijvoorbeeld heeft een zeer hoge luxwaarde, maar is volstrekt ongeschikt als fietsverlichting. De geproduceerde lichtkegel moet breed genoeg zijn om de weg en de rand van de weg gelijkmatig te verlichten.

In de handel verkrijgbare fietslampen hebben meestal tussen de 10 en 100 lux. 10 lux is de voorgeschreven minimumwaarde. In een goed verlichte omgeving als de stad is 10 lux voldoende. Lampen met een lichtsterkte van 30 lux en meer maken een beter zicht mogelijk. Inmiddels zijn er fietslampjes die veel meer dan 100 lux leveren. Deze zijn navenant duurder en het gebruik ervan is niet in elke omgeving zinvol. Het gebruik ervan wordt aanbevolen op slecht verlichte routes, zoals bij het rijden over land.

De eenheid lumen komt minder vaak voor in specificaties dan lux. Lumen verwijst naar het totale uitgestraalde licht, ongeacht de verdeling ervan. Een helder licht heeft dus een hoge lumenwaarde, maar dit beschrijft niet hoe intensief het licht in een bepaalde richting straalt. Het licht zou in alle richtingen kunnen schijnen in plaats van naar voren, wat niet wenselijk is voor een fietslamp. In de regel is een waarde van 300 tot 1.000 lumen voldoende

In de praktijk produceren alle goedgekeurde fietslampen een naar voren gerichte lichtkegel. De lux- en lumenwaarden geven fietsers een idee van de eigenschappen van het licht. Het is belangrijk dat een fietslamp een gelijkmatig, breed lichtveld produceert. De gemakkelijkste manier om dit te bepalen is met vallen en opstaan. Als dit niet mogelijk is, tonen veel fabrikanten foto’s van het lichtveld op hun productpagina’s.

Duur

Dit criterium geldt alleen voor fietsverlichting met batterijen en accu’s. Een felle lamp helpt niet veel als hij maar een paar uur werkt. Een looptijd van vier uur is het minimum; als het minder is, moet je afzien van aanschaf. Voorlichten van hoge kwaliteit hebben een brandduur tot tien uur, kleinere achterlichten schijnen een paar uur langer. De meeste lampen hebben een eco-stand. Met deze instelling kan het vermogen en dus het stroomverbruik geleidelijk worden verminderd. De resterende capaciteit van oplaadbare batterijen en accu’s moet op een zinvolle manier worden weergegeven – per slot van rekening houdt niemand ervan om onverwacht in het ongewisse te worden gelaten.

Bij afneembare lichten moeten fietsers regelmatig de batterij opladen of batterijen klaar hebben liggen. Vooral voor frequente bestuurders kan dit hinderlijk zijn en tot vervelende situaties leiden. Als je de avond tevoren vergeet op te laden, tast je de volgende ochtend in het duister. Dynamo aangedreven verlichtingssystemen zijn in dit opzicht pendelvriendelijker.

Duurzaamheid van de lamp

Fietslampjes worden buiten gebruikt en moeten daarom bestand zijn tegen allerlei omgevingsinvloeden. Iedereen kan in een zware regenbui terechtkomen op weg naar zijn werk. Afneembare armaturen vallen af en toe op de grond bij montage. Een goede lamp is daarom zowel weerbestendig als schokbestendig. De IP- of IK-norm vertelt je of dit het geval is. IP 68 geeft aan dat de lamp zowel stof- als waterbestendig is. Qua slagvastheid is de hoogste beschermingsklasse IK 10.

Achterlicht

Veel voorlichten zijn verkrijgbaar in sets samen met een achterlicht. Het rode achterlicht is alleen voor je eigen zichtbaarheid in het wegverkeer en is verplicht als onderdeel van de fietsverlichting. Bij de aanschaf moeten dezelfde criteria in acht worden genomen als bij de koplamp. Het belangrijkste is een goede zichtbaarheid van het achterlicht. Bij oplaadbare en batterijverlichting is ook de werkingsduur van belang. Andere relevante aspecten zijn het type installatie en de weersbestendigheid.

Verdere uitrusting

Veel fietslampen hebben verschillende bedrijfsstanden met helderheidsgradaties. Zo kan de verlichting worden aangepast aan de omgeving. Onder straatverlichting in de stad is immers minder licht nodig dan bijvoorbeeld op een bospad.

Een dagrijlicht ondersteunt het zicht van een fietser niet, maar maakt hem beter zichtbaar. De lichtkegel van een correct afgestelde koplamp is naar beneden gericht. Het dagrijlicht verbetert het zicht door licht naar voren te stralen. LED-voorlichten met dagrijverlichting bevatten hiervoor extra, zwakkere LED’s, die tegenliggers niet verblinden. De helderheid van de dagrijverlichting wordt automatisch aangepast door middel van een sensor.

Voor afneembare batterij- en oplaadbare armaturen is de kwaliteit van de beugel cruciaal. Met het oog op diefstalbeveiliging moet de lamp gemakkelijk van de houder kunnen worden losgemaakt en weer opgezet, en tegelijkertijd moet de bevestiging tijdens het rijden een stevige houvast bieden. Een goede beugel is eenvoudig van ontwerp maar stabiel en kan in een paar stappen op de fiets gemonteerd worden. De meest geschikte houders zijn die welke aan de fiets geschroefd zijn of een snapslot hebben. Zo zit het licht altijd in dezelfde positie. Elastische bevestigingen met rubberen delen zijn flexibeler, maar glijden vaak weg.

Opmerkingen over fietsverlichting

Na montage is de fietslamp meteen klaar voor gebruik. Maak van de gelegenheid gebruik om te controleren of alle elementen van een voorgeschreven verlichtingssysteem op je fiets aanwezig zijn. Bovendien is het belangrijk de koplamp zo te richten dat hij tegenliggers niet verblindt.

Goedkeuring voor wegverkeer

Alleen geteste lichten mogen op fietsen worden gemonteerd. In de regel worden alleen geteste lampen verkocht. Alles wat het keurmerk niet draagt, mag niet worden verkocht of gebruikt als fietsverlichting. Dit geldt bijvoorbeeld voor knipperlichten, die niet op de fiets gemonteerd mogen worden. Ze zijn echter wel toegestaan als extra verlichting op de helm of rugzak.

Wat houdt volledige verlichting in?

Hoe fietsverlichting in het wegverkeer eruit moet zien, is nauwkeurig voorgeschreven in de wet. Maar ook los van de voorschriften moet je voor je eigen veiligheid altijd met volledige verlichting de weg op.

Juiste afstelling van het fietslicht

De fietsverlichting mag in geen geval tegenliggers verblinden. Dit is niet alleen onaangenaam, maar kan ook gevaarlijk zijn. Om dit te voorkomen zijn een juiste afstelling en een stabiele fixatie noodzakelijk. De meest voorkomende fout is om de lamp te hoog in te stellen. Dan verlicht het heel goed het pad, maar verblindt het tegemoetkomend verkeer. De hoek waaronder het licht op de vloer valt is bepalend voor de uitlijning. Volgens een voorschrift dat niet meer geldig is, moet de lichtkegel van de voorste koplamp tien meter voor het voorwiel de grond raken. Je kunt dit als leidraad blijven gebruiken. Het nieuwe voorschrift laat precieze specificaties achterwege en stelt alleen dat het licht tegenliggers niet mag verblinden.