Baby-autostoeltje Aankoopadvies: zo kies je het juiste product
- Belangrijke feiten
- Een baby-autostoeltje wordt gebruikt voor het veilige vervoer van zuigelingen in het voertuig. Baby’s nemen er een gebogen lighouding in aan.
- Voor baby-autostoeltjes gelden, net als voor kinderzitjes, ook strenge veiligheidsnormen. Let bij het kopen op een geldig ECE-keurmerk.
- Voor bevestiging in de auto wordt een geschikt ISOFIX-basisstation of de autogordel gebruikt.
- Als het hoofd van de zuigeling de bovenkant van het baby-autostoeltje bereikt, is het te klein en moet je voor een groter model gaan.
- Als je het baby-autostoeltje op de passagiersstoel voorin plaatst, moet je de frontale airbag deactiveren.
Voor veilig vervoer vanaf de geboorte
Voor hun eigen veiligheid zijn volwassenen verplicht in het voertuig veiligheidsgordels te dragen. Kinderen, vooral baby’s, zijn echter te klein om voldoende beschermd te worden door de autogordel. Ze moeten worden vervoerd in een geschikt kinderzitje. Volgens de huidige i-Size norm mogen kinderen pas vanaf de leeftijd van 15 maanden in de auto in de rijrichting rijden. Tot die tijd hebben ze een kinderstoelvariant nodig die tegen de rijrichting in wordt gemonteerd.
Het naar achteren gerichte beveiligingssysteem biedt meer veiligheid bij een frontale botsing, omdat de baby of peuter in het zitje wordt gedrukt in plaats van naar voren te worden geslingerd. Hierdoor wordt de nek veel minder belast en wordt het hoofd ook beter beschermd. Als je je pasgeborene vanaf de geboorteplaats met de auto naar huis wilt vervoeren, moet je al tijdens de zwangerschap zorgen voor een geschikt bevestigingssysteem.
Liggen in plaats van zitten
Omdat baby’s nog niet zelfstandig kunnen zitten, mogen ze in de auto alleen liggend reizen. Hen in een zittende houding dwingen is schadelijk voor hun wervelkolom, die nog in de groei is. Later kunnen houdingsproblemen het gevolg zijn. Hoewel er ook baby-autostoeltjes zijn die permanent in de auto kunnen worden gemonteerd en in een liggende positie kunnen worden gekanteld en dus ook geschikt zijn vanaf de geboorte, is de klassieker het baby-autostoeltje met draagbeugel.

Baby-autostoeltjes zijn kinder-autostoeltjes die speciaal zijn ontworpen voor baby’s tot een leeftijd van 13 kilogram of een maximale lengte van 105 centimeter. In plaats van rechtop te zitten zoals in een kinderzitje, liggen baby’s opgekruld in het baby-autostoeltje. De nek en de kop worden volledig ondersteund door de voorrand van de schelp. Een gordelsysteem zet ze bovendien vast.
Mobiel en veelzijdig
Baby-autostoeltjes hebben het voordeel dat ze ook buiten het voertuig gebruikt kunnen worden. Daarin kun je bijvoorbeeld je kroost slapend van huis naar de auto en weer terug dragen. Sommige baby-autostoeltjes kunnen zelfs als kinderwagenbevestiging worden gebruikt. Houd er echter rekening mee dat de gebogen ligpositie in het baby-autostoeltje niet optimaal is voor de nog gevoelige wervelkolom. Een baby-autostoeltje is niet geschikt voor lange wandelingen of als langdurig slaapverblijf. Vooral in de eerste drie maanden van het leven van je baby moet je de tijd in het baby-autostoeltje zo beperkt mogelijk houden en je kroost alleen meenemen op korte ritjes in de auto.
Alle goede dingen komen in drieën: Verschillende normen voor kinderzitjes
Om voldoende veiligheid te kunnen garanderen, moeten voor de handel goedgekeurde kinderzitjes en baby-autostoeltjes aan bepaalde eisen voldoen. Daartoe stelt de Economische Commissie voor Europa (ECE) veiligheidsnormen vast waarop de stoelen worden getest voordat ze worden goedgekeurd. Kinderzitjes die aan de huidige wettelijke eisen voldoen, krijgen een ECE-keurmerk en mogen daarom verkocht en gebruikt worden.
Drie ECE-normen zijn al enkele jaren parallel goedgekeurd. De oudste daarvan is het VN ECE-reglement. 44/03, die in 1999 in werking trad5. Sinds 2005 wordt het gereguleerd door de VN ECE Reg. 44/04 aangevuld. Vanaf 2012 geldt de nieuwste norm UN ECE Reg. 129, gewoonlijk i-Size genoemd, is van kracht.
VN ECE Reg. 44/03 en 04: Indeling naar gewicht
De twee ECE-44 normen verdelen kinderzitjes in vijf klassen naar goedgekeurd gewicht. Baby-autostoeltjes voor zuigelingen tot 10 kilogram behoren tot klasse 0 en kunnen dwars of achterwaarts gericht in het voertuig worden gemonteerd. Klasse 0+ omvat baby-autostoeltjes die zijn goedgekeurd voor baby’s tot 13 kilogram die achterwaarts gericht worden vastgemaakt. Kinderzitjes voor oudere kinderen worden toegewezen aan de overige drie klassen.

Kinderzitjes die volgens deze normen zijn goedgekeurd, moeten in de testprocedure frontale botsproeven doorstaan en in de auto worden bevestigd met de autogordel of via ISOFIX.
VN ECE Reg. 129 (i-Size): Verhoogde veiligheidsnormen
Het nieuwe ECE-reglement i-Size heeft twee doelen: de veiligheid van baby-autostoeltjes en kinderzitjes verder verbeteren en het gebruik ervan vereenvoudigen, met name de installatie in de auto. In plaats van gewicht verdeelt i-Size kinderzitjes naar lichaamsgrootte. Dit is om een te vroege overgang naar een groter model te voorkomen. Het maatbereik voor hun baby-autostoeltjes wordt bepaald door de fabrikanten.
Naast frontale botsproeven moeten i-Size kinderzitjes in de testprocedure ook tests voor zijdelingse botsingen doorstaan. Bovendien heeft de VN ECE Reg. 129 bepaalt dat de stoelen met het ISOFIX-bevestigingssysteem moeten worden uitgerust om het risico van verkeerde installatie te verminderen.
De verschillen in één oogopslag
De oudere ECE-44 normen en de i-Size norm verschillen vooral in de indeling van kinderzitjes, de voorgeschreven botsproeven en het type bevestiging. Bovendien verschillen de specificaties voor de periode waarin baby’s en peuters niet voorwaarts gericht in de auto mogen reizen.
ECE-norm | VN ECE REG. 44/03 + 04 | VN ECE Reg. 129 (i-Size) |
Afdeling kinderzitjes | Volgens lichaamsgewicht | Volgens de hoogte |
Voorgeschreven botsproeven | Frontaal | Frontaal en lateraal |
Montage in het voertuig | Met ISOFIX of autogordel | Met ISOFIX |
Achteruit rijden | Tot een lichaamsgewicht van 9 kg | Tot de leeftijd van 15 maanden |
Bevestiging met gordel of ISOFIX
Hoe hoogwaardig een baby-autostoeltje ook is gemaakt, als het niet goed in het voertuig is vastgezet, kan het geen betrouwbare bescherming bieden. Baby-autostoeltjes die volgens de huidige normen zijn goedgekeurd, worden met de autogordel of via ISOFIX op de autostoel gemonteerd. Beide soorten bevestiging zijn bij veel modellen mogelijk.
ISOFIX: Gemakkelijk in elkaar te zetten en stevig verankerd
ISOFIX is een gestandaardiseerde, vaste verbinding tussen kinderzitje en voertuig. Hiervoor moet het voertuig zijn uitgerust met geschikte ISOFIX-houders. Een baby-autostoeltjeis uitgerust met een basisstation dat met bijpassende haken in de houders wordt verankerd. Je hoeft dan alleen nog maar het baby-autostoeltje op de basis te plaatsen en te laten vergrendelen. De eenvoudige bediening vermindert de kans op installatiefouten. Bovendien gaat het inbrengen bijzonder snel. Het vastklikken van het baby-autostoeltje op het basisstation kan bij de meeste modellen ook gemakkelijk met één hand – een groot voordeel als je vaak alleen op pad bent met je baby en hem tijdens de installatie in je armen houdt.

Niet elk baby-autostoeltjeis echter compatibel met alle voertuigen. Let daarom bij de aankoop op de typelijst. Daarop geven de fabrikanten aan in welke voertuigen de baby-autostoeltjes kunnen worden geïnstalleerd. Bovendien zijn baby-autostoeltjes met een basisstation duurder dan modellen met een harnasje. Daarom is het de moeite waard een baby-autostoeltje te kiezen met een basisstation dat ook gebruikt kan worden met kinderzitjes voor oudere kinderen. Dan heb je geen nieuwe ISOFIX basisnodig als je overstapt op de volgende grotere stoel. Draaibare basisstationszijn ook praktisch. Bij deze kun je bijvoorbeeld het baby-autostoeltje naar je toe draaien om je baby gemakkelijker vast te gespen.
Voordelen
- Veilige verbinding met het voertuig
- Snelle en gemakkelijke bevestiging
- Geringe kans op installatiefouten
Nadelen
- Niet compatibel met alle voertuigen
- Dure
Riemsysteem: Goedkoop en universeel bruikbaar
Sommige voertuigen hebben alleen ISOFIX-houdersop de buitenste achterbank, terwijl sommige oudere auto’s ze helemaal niet hebben. Als je je baby-autostoeltje in zo’n voertuig wilt gebruiken, heb je een versie nodig die je met de autogordel kunt vastmaken. Deze modellen hebben verschillende bevestigingspunten waar je de veiligheidsgordel doorheen haalt. De bevestigingspunten kunnen per model verschillen.

Baby-autostoeltjes met gordelbevestiging zijn geschikt voor gebruik in elk voertuig en op elke stoel met een driepuntsveiligheidsgordel. Ze zijn ook goedkoper dan versies met een ISOFIX-station. De installatie duurt echter langer dan bij ISOFIX-modellenen is ingewikkelder, waardoor de kans op fouten groter is. Het is niet mogelijk het baby-autostoeltje met het gordelsysteem met slechts één hand veilig vast te maken.
Voordelen
- Universeel toepasbaar
- Goedkope
Nadelen
- Verhoogd risico op installatiefouten
- Hoge installatie-inspanning
Verdere veiligheids- en comfortaspecten
Naast de ECE-norm en het type bevestiging is de grootte van het baby-autostoeltje een belangrijk selectiecriterium. Het is een beslissende factor om te bepalen hoe lang je je kroost veilig mee kunt nemen in het voertuig. Daarnaast moet je letten op het gordelsysteem, het gewicht van het baby-autostoeltje en de draagbeugel.
De juiste maat
Volgens de i-Size norm geven fabrikanten voor hun baby-autostoeltjes een minimale en maximale lichaamslengte in centimeters op waarvoor het betreffende model geschikt is. Om ervoor te zorgen dat de baby goed beschermd is in de schelp, mag deze niet te groot zijn; anders schuift hij er in heen en weer. Als het ontwerp te klein is, zal het hoofd van de baby over de bovenrand van het baby-autostoeltje uitsteken en daardoor niet meer voldoende beschermd zijn.
Het geschikte maatbereik wordt bepaald door de fabrikanten en kan per model verschillen. Voor de meeste baby-autostoeltjes is dat ongeveer 40 tot 75 centimeter. Grotere baby-autostoeltjes zijn geschikt voor baby’s tot 90 centimeter. De minimummaat voor dergelijke baby-autostoeltjes is vaak 45 of 50 centimeter. Vooral als je het baby-autostoeltje vanaf de geboorte wilt gebruiken, is het belangrijk dat het niet te groot is. Als je kroost het baby-autostoeltje ontgroeid is en al kan zitten, kun je overstappen op een reboarder kinderzitje.
De bekleding
Zodat baby-autostoeltjes het kind bij een botsing betrouwbaar beschermen en schokken zo goed mogelijk opvangen, zijn ze voorzien van vulling. Meestal zijn er overeenkomstige kussentjes onder de rug en het hoofd en aan beide zijden. De bescherming van het hoofd en de nek is bijzonder belangrijk. Naast de bescherming zorgt een goede vulling voor een comfortabele lighouding. Baby-autostoeltjes die vanaf de geboorte gebruikt kunnen worden, worden vaak geleverd met een pasgeboren-inzetstuk, ook wel zitverkleiner genoemd. Dit is extra vulling die het baby-autostoeltje kleiner maakt, zodat de pasgeborene er beschermd in kan liggen zonder al te veel speling.
Het gordelsysteem
Om baby’s tijdens de rit veilig in het zitje te houden, zijn baby-autostoeltjes meestal uitgerust met een geïntegreerde driepuntsgordel. Deze loopt over beide schouders en wordt tussen de benen van de baby vastgebonden. Om het harnassysteem optimaal op je baby af te kunnen stemmen, moeten alle onderdelen verstelbaar zijn. De vulling voorkomt dat de riem insnijdt of ongemakkelijk drukt. Idealiter gaat het vastmaken snel en gemakkelijk, zodat ouders noch baby’s ongeduldig hoeven te zijn.

De referentie
Om de bekleding van het baby-autostoeltje te beschermen zijn de meeste modellen voorzien van afneembare hoezen. Als alternatief kunnen bijpassende hoezen apart worden gekocht. Enerzijds beschermen ze het baby-autostoeltje tegen vlekken en gebruikssporen. Anderzijds zorgen ze ervoor dat je baby bijzonder knus in de bak ligt. Sommige baby-autostoeltjes worden zelfs geleverd met verschillende hoezen, zoals een dunne, ademende voor warme zomerdagen en een dikkere, behaaglijke voor herfst en winter.
Idealiter is de bekleding van het baby-autostoeltje getest op schadelijke stoffen, gemakkelijk te verwijderen en geschikt voor reiniging in de wasmachine. Veel overtrekken kunnen in de machine worden gewassen op 30 graden Celsius. Raadpleeg het wasvoorschrift of de aanwijzingen van de fabrikant in de gebruiksaanwijzing.
Het gewicht
Het gewicht van het baby-autostoeltje speelt vooral een rol voor ouders die hun kroost er vaker en over langere afstanden in vervoeren. De meeste modellen wegen tussen de drie en vijf kilo. Het gewicht wordt beïnvloed door het materiaal van de schaal, de bescherming tegen zijdelingse botsingen, het verstelmechanisme en het harnassysteem. Bijzonder lichte baby-autostoeltjes zijn gemaakt van een mengsel van kunststof en glas- of koolstofvezel.
De draagbeugel
Net als het gewicht van de baby-autostoeltje is ook de draagbeugel van belang voor het comfort van de ouders. Het moet ergonomisch gevormd zijn, zodat de schaal comfortabel te dragen is. Een rubberen greepoppervlak zorgt voor een stevige grip. Laat je hierdoor niet afschrikken als het handvat een beetje wiebelt. Dit absorbeert schokken bij het dragen van de schaal, bijvoorbeeld bij het traplopen.
Als je van plan bent je baby-autostoeltje over langere afstanden te dragen, bijvoorbeeld omdat je je auto verder van je huis parkeert, is een model met een draagriem een goede oplossing. Met een van deze kun je het baby-autostoeltje hangend over je schouder vervoeren, zodat het gewicht beter wordt verdeeld en je arm minder wordt belast.
Veilig op weg met een baby-autostoeltje
Volg precies de instructies van de fabrikant om het baby-autostoeltje correct in het voertuig te bevestigen. ISOFIX-compatibelemodellen zijn bijzonder gemakkelijk en veilig te monteren. Als je het baby-autostoeltje vastzet met de autogordel, kun je beter iets meer tijd plannen voor de installatie.
De juiste plaats in het voertuig
De veiligste plaats in het voertuig wordt beschouwd als het midden van de achterbank. In de meeste auto’s is dit echter niet geschikt om een baby-autostoeltje in te plaatsen. Slechts zelden is de middelste zitplaats voorzien van ISOFIX-bevestigingen, en een driepuntsgordel is vaak ook niet aanwezig. Het op één na veiligste alternatief is de ruimte achter de passagiersstoel. Het heeft ook het voordeel dat je bij het installeren aan de kant van het trottoir zit, weg van het verkeer.

Als ze met hun kroost alleen in de auto reizen, hebben veel ouders hun zuigeling liever naast zich op de passagiersstoel, waar ze hem of haar beter in de gaten kunnen houden. Het is belangrijk op te merken dat dit alleen is toegestaan als de voorste airbag aan de passagierszijde is uitgeschakeld. Anders zou de uitklappende airbag bij een botsing tegen het baby-autostoeltje botsen. Als het niet uitgeschakeld kan worden, is het passagierszitje niet meer geschikt voor je baby.
Verstel de draagbeugel en zet de baby veilig vast
Als het baby-autostoeltje eenmaal veilig in het voertuig zit, moet je je baby nog goed vastgespen. Controleer of de uitstroomopeningen van beide schouderbanden op schouderhoogte zijn ingesteld en pas ze aan als dat niet het geval is. Bovendien mag het tuigje op geen enkel punt gedraaid zijn, maar moet het recht en strak op het lichaam van je baby liggen. Als je vlakke hand net tussen het harnas en het bovenlichaam van de baby past, zit het harnassysteem goed vast.
Hoe de draagbeugel van het baby-autostoeltje tijdens het rijden moet worden ingesteld, kan per model verschillen. Je kunt het beste de aanbevelingen van de fabrikant in de gebruiksaanwijzing volgen. Bij sommige baby-autostoeltjes moet de draagbeugel tijdens het rijden op zijn plaats blijven, terwijl het bij andere modellen beter is om hem omhoog of omlaag te klappen.
Het wegverkeer heeft voorrang
Een baby in het voertuig biedt een grote kans op afleiding. Neem daarom, indien mogelijk, een tweede volwassene mee die naast je baby op de achterbank kan zitten en hem tijdens de reis kan verzorgen. Zelfs als dit niet mogelijk is, moet je volledige aandacht tijdens het rijden op de weg zijn. Zelfs een snelle blik op je kroost kan fatale gevolgen hebben. Als hij onrustig is of je twijfelt of hij in orde is, stop dan bij de eerstvolgende gelegenheid om hem te controleren.
Vliegen met baby-autostoeltje
In het baby-autostoeltje kan je kroost niet alleen veilig in de auto zitten. Onder bepaalde omstandigheden zijn de beveiligingssystemen ook geschikt om mee te nemen in het vliegtuig. Hiervoor is het bijzonder belangrijk dat het baby-autostoeltje naast het gebruik in de auto ook getest is op veilig gebruik in het vliegtuig. Het vereist ECE-goedkeuring voor bevestiging met tweepuntsgordels. Of het baby-autostoeltje deze test heeft doorstaan kun je zien aan het zegel “For Use in Aircraft”.
Houd er ook rekening mee dat je een aparte stoel moet reserveren voor je kind in het baby-autostoeltje. Kinderen tot twee jaar hebben er geen recht op. In plaats daarvan kunnen ze meevliegen op de schoot van een volwassen persoon en daar worden vastgezet met een lusgordel. Voor veel ouders en hun kroost is vliegen met een baby-autostoeltje echter een veiliger en comfortabeler alternatief.
Hoe lang kan een baby-autostoeltje gebruikt worden?
Vooral baby-autostoeltjes met ISOFIX-stationzijn niet bepaald goedkoop. Daarom lijkt het voor ouders misschien een goed idee om het baby-autostoeltje voor verschillende baby’s achter elkaar te gebruiken of een tweedehands model te kiezen. Een maximale gebruiksperiode van vier jaar wordt aanbevolen. Na een ongeval of een val van grotere hoogte mag het baby-autostoeltje echter niet meer gebruikt worden. Koop daarom alleen een gebruikt model van een betrouwbare bron, als je dat al doet.
Afb. 1: © SkyLine / stock.adobe.com | Afb. 2: FinalCheck | Afb. 3: © Stephen Davies / stock.adobe.com | Afb. 4: © Kekyalyaynen / stock.adobe.com | Afb. 5: © Andrey Popov / stock.adobe.com | Afb. 6: © oksanazahray / stock.adobe.com